Op de binnenplaats van het Noordelijk Scheepvaartmuseum
is goed te zien, dat er een spoor van stenen ligt, om een idee
er van te geven, dat hier vroeger sledesporen liepen.
Vanaf de Kleine der Aa werden de goederen (bijv. graan)
op de karren geladen, getrokken door paarden
en werden de sleden daarmee naar de pakhuizen gebracht.
Waar de goederen naar boven werden getakeld.
De sledemenner draafde er aan de rechterkant naast.
In de linkerhand klemde hij de leidsels, de rechter moest hij vrij houden
om in voorkomende gevallen de slede enige sturing te geven
en om al te hevige slingeringen te voorkomen.
Bij de vrachtsledes droeg de sleper een “smeerlap”
(hier komt ook de uitdrukking 'smeerlap' vandaan).
Dit was een vette doek, die hij af en toe zonder te stoppen
onder de sledeijzers doorschoof om het glijden te bevorderen.
Om de snelheid af te remmen, gebruikten zij een stuk touw,
dat zich aan de achterkant van de slede bevond.
Even over de brug, voorbij het museum is een straat met die naam.
Aan de straat zie je niets bijzonders, behalve dan de straatnaam.
Ook in deze straat was vroeger een plek waar sledemennen
werd uitgeoefend.
De Sledemennerstraat loopt van Astraat tot Verlengde Visserstraat.
De naam komt al voor in 1525.
De straat volgt het beloop van een
middeleeuwse stadsgracht, het Menners- of Menrediep
(omstreeks 1350-1610). De gracht lag nog binnen de stadsmuren,
de straat buiten de latere stadswal.
Nog rond 1900 14 zijgangen of sloppen:
o.m. de Gasthuisgang en de Belmijnegang.
Als we de brug weer over gaan richting het museum.
En dan naar links op de Hoge der Aa.
Deze nieuwbouw aan de Hoge der Aa 3 en 4,
met er tussen de Haaksgang.
Deze smalle steeg geeft toegang tot het achtergelegen
pakhuis 'Onrust' deze nieuwbouw is bewust zo gebouwd,
omdat ze aansluiting zoeken bij het pakhuis Libau en de
bebouwing rondom het hof.
Ondanks dat het modern en open oogt refereert het aan traditie.
Als je goed naar de tegels op de grond kijkt,
zie je dat het ook bepaalde stenen heeft liggen.
Tot 2010 heeft er hier een soortgelijk sledemennerspoor
gelegen, als bij het Noordelijk Scheepvaartmuseum lig.
Nu is het aangepast.
Zo zag het er begin 2010 nog uit (foto van RTV Noord).
Op de Flickr-pagina van Stormblast1953
Is de bestrating van de Haaksgang te zien, zoals het was.
In het boek 'Groningen te voet' lees ik, dat de naam
Haaksgang, mogelijk genoemd is naar een familie.
Op Wikipedia vind ik vervolgens, dat het waarschijnlijk
Jan Haken is, de eigenaar van een bakkerij
op de hoek van de Brugstraat en Hoge der A (omstreeks 1806).
In de 17e eeuw heette dit stuk waar de Haaksgang op
uit kwam 'Lutke der A'.
Als je de Haaksgang in loopt, kom je bij Pakhuis Onrust
uit. Ik heb niet kunnen vinden uit welk bouwjaar het pakhuis is.
Zowel de pakhuisdeuren, -ramen en het trijshuis zijn gemoderniseerd.
wel gaaf dat er een touw en haak hangt, zodat je goed
kan zien hoe vroeger de spullen werden opgetakeld.
Als je de Haaksgang weer uitloopt en weer op de
Hoge der Aa staat, dan staat er links naast de nieuwbouw:
Pakhuis Libau.
Het pand werd aan het einde van de 13e eeuw
gebouwd. Libau is de Duitse benaming voor de
havenstad Liepãja in Letland. In de 19e eeuw
werd het verbouwd tot pakhuis, het was lange tijd
in gebruik voor opslag van graan.
Sinds de 20e eeuw is het pakhuis in gebruik
als kantoorruimte. Het pakhuis is een erkent Rijksmonument.
We lopen weer terug naar het museum.
Het trijshuisje, aan de zikant van het Canterhuis
op de binnenplaats.
De hijsbalk in de topgevel, daar worden goederen naar
omhoog en omlaag getransporteerd.
Deze balken werden soms overkapt met een trijshuisje,
die zie je in Groningen nog veel. Vaak zijn die huisjes
uitgevoerd in hout. Het woord trijsen, komt van het
Middelnederlandse woord trisen, wat
'met een takel (op) hijsen' betekent.
In het Gotischhuis hangt dit spindel.
Door middel van dit om het spindel windende hijstouw,
dat zonder einde over drie verdiepingen loopt,
konden door een vertragende constructie vrij gemakkelijk
zware lasten worden getakeld van en naar elke verdieping.
Op deze foto zie je hoe een zak aan een klem
opgehesen wordt. Dit voorbeeld hangt op de
zolder van het Gotischhuis.
2 opmerkingen:
Ik kom eens even bij je buurten. Ontdekte ergens dat je weer op een andere plek aan het bloggen was geslagen. Je pakt hier wel enorm uit. Een totaalplaatje van Groningen. Als ik dit allemaal in een keer had moeten lopen zou ik vast blaren op mijn voeten hebben gehad, Wat is er ontzettend veel te zien en te vertellen.
Dat lijkt me trouwens best iets voor jou: rondwandelingen organiseren.
Het stukje in dit blog is nog te doen :). Is dicht bij het museum. En ik stuur je even een email :D.
Een reactie posten